
Martin’s Moment over al scrollend de hond uitlaten
Algemeen 921 keer gelezenBijna elke ochtend ben ik op pad met onze Bing. En bijna elke ochtend kom ik ze tegen: collega hondenuitlaters die vooral met hun telefoon bezig zijn. Al scrollend de hond uitlaten, ik snap er niets van.
Dat de telefoon een essentieel onderdeel is van ons dagelijks leven snap ik inmiddels wel. We kunnen niet meer zonder, of in ieder geval denken we niet meer zonder te kunnen. Maar als je echt denkt geen moment zonder je mobiel te kunnen was het misschien beter om niet voor een hond te kiezen. Een dier vraagt (en geeft) aandacht en liefde.
We willen niets missen en juist daardoor missen we veel. Als ik ’s morgens buiten loop heb ik vooral aandacht voor Bing. Dat is overigens ook wel nodig, want hij is nogal eens opstandig. Niet echt vriendelijk tegen andere honden, zeg maar een ochtendhumeur, en zeker niet dol op katten en eekhoorns. Altijd alert blijven dus. En dan is het wel handig als de medewandelaars met hond ook een beetje opletten.
Als we ‘s ochtends buiten zijn dan luister ik naar de vogels. Meestal geen idee wat voor vogels er aan het fluiten zijn, maar toch. Ik kijk wat om me heen, praat tegen Bing en mijmer wat over de dag die net begonnen is. Er is echt van alles te beleven buiten en als je alleen maar oog hebt voor dat schermpje mis je van alles. Zie je niet alleen mij en Bing over het hoofd, maar ook andere weggebruikers. Regelmatig gaat het maar net goed. Misschien is het vooral in de ochtend als we nog niet helemaal alert zijn, maar ik betwijfel het. Al append fietsen lijkt soms de norm.
‘We kunnen niet meer zonder, of in ieder geval denken we niet meer zonder te kunnen’
Minder gebruikelijk is trouwens het gebruik van de fietsbel. Dan loop ik met Bing aan de kant van een fietspad en schiet er ineens een fietser voorbij.
Inderdaad: we lopen regelmatig aan de rand van een fietspad, maar dat is ook een aangewezen uitlaatroute. Als we allemaal een beetje rekening houden met elkaar is er niets aan de hand. Wij lopen aan de kant en gaan graag even het gras in. Natuurlijk kijk ik regelmatig over mijn schouder, maar elke paar seconden is niet te doen. En sinds bijna niemand meer op een normale fiets rijdt, maar gezond elektrisch van A naar B gaat, zijn ze er zo. Het ene moment zie je nog niets, een paar tellen later ben je ingehaald. Een belletje zou dan fijn zijn.
martin de bruijne